In de paper vertellen we over onze focus bij stedelijke ontwikkeling: de publieke ruimte. Publieke ruimten zijn cruciaal voor succesvolle gebieden en daarmee voor succesvolle steden. En –misschien nog wel belangrijker- het creëert de mogelijkheid om een grote diversiteit aan partners in de gebiedsontwikkeling te betrekken. Het is namelijk de plek waar ieders belang vanzelfsprekend samenkomt met een sterker gevoel van gedeeld eigenaarschap als gevolg.
Met een ‘Coalition of the Willing’ van bewoners, ondernemers, maatschappelijke partijen en overheden werken we in co-creatie aan het gebied. Het resultaat is een gedragen opdrachtgeverschap van verschillende partners, een programmastrategie op de korte termijn en een profielschets voor de langere termijn.
Wij stellen dat voor het aangaan van een breed partnerschap een verbreding van het planologische begrip ‘programma’ nodig is. Gezamenlijke gebiedsontwikkeling vraagt namelijk om een gezamenlijke multidisciplinaire ‘programmering': de horeca- ondernemer pakt zijn terras aan, de bewoner helpt met het groen, de creatieven zetten een festival op, de gemeente pakt de routing aan. Ook vertellen we meer over waarom vaker gestart moet worden met werken vanuit de korte in plaats van de lange termijn.
In de paper gaan we kort in op ‘lessons learned’ uit het toepassen van de methodiek in de praktijk met projecten in Amsterdam (Overhoeks, Buikslotermeerplein en de Tolhuistuin) en Utrecht (Culturele Zondag De Stad de Toekomst). Daarnaast geven we een doorkijk naar de toekomst. Zo werken we aan een toolbox -de Fluxkit- waarmee belanghebbende zelf, in co-creatie hun gebied kunnen (her)programmeren of (her)profileren.
Lees de volledige paper Een nieuwe blik en we horen graag jouw input!
]]>
Programmastrategie
Hiervoor klopte ik aan bij Donica Buisman. Zij is een pionier in de coöperatieve gebiedsontwikkeling, 21ste eeuwse patrones van kunst en cultuur in de publieke ruimte, betrokken bewoner van Amsterdam Noord en niet onbelangrijk: moeder. Donica gaf me de kans om vier maanden lang mee te draaien met twee lopende projecten: het Buikslotermeerpleingebied omtoveren tot huiskamer van Noord én de cultureel-versnipperde wijk Overschie weer aan elkaar lijmen.
Hoe dan? Met een programmastrategie. Donica laat zien dat een geslaagde publieke ruimte niet ontworpen hoeft te worden door een autonoom visionair die vanaf zijn schetsblok een intelligente compositie maakt van steen en plant. De publieke ruimte kan evengoed door zijn gebruikers worden ontworpen. Verruil de stenen voor kunst, cultuur, bankjes, evenementen en flexibele groenvoorziening en we kunnen morgen al aan de slag.
Sociale en economische meerwaarde
Dit is niet geheel nieuw. Steeds meer stedelingen interveniëren in hun eigen buurt. Een fenomeen beter bekend onder namen als gebiedsontwikkeling van onderaf (bottom-up) en Tactical of Guerilla urbanism. Donica is met haar onderneming “State of Flux” een inspirerende speler in dit veld. Zij heeft een verfrissende en oprechte liefde voor de gebruikers van de publieke ruimte. Waarde-creatie hoeft niet altijd uitgedrukt te worden in economische (investerings)kansen voor het gebied, maar kan ook een meer sociale betekenis hebben. Donica heeft het lef om een idealist te zijn in de wereld van de door winst-gedreven gebiedsontwikkelaars. Ze wil ruimtes maken waar zoveel mogelijk mensen zich thuis kunnen voelen en ontmoetingen als vanzelf ontstaan. Niet omwille van een toename in de omzet van de omliggende winkels of ten behoeve van een stijging van de vastgoedwaarde. Nee, uit liefde voor de stedeling en de stad. En als kritiek op structurele plannen die niet van de grond komen en potentieel hoogwaardige verblijfsruimtes tot stilstand brengen. Donica gelooft dat publieke ruimtes ontworpen voor en door mensen, automatisch zorgen voor economische waardestijging. Ook in de tijdelijkheid.
Co-creatie
De publieke ruimte is een van de weinige plekken in de stad die een thuis biedt aan alle lagen van de bevolking. Dat moet je stimuleren – het liefst vanuit al die diverse gebruikers zelf. De standaard stedenbouwkundige GIS-kaarten en BSR-modellen plaatsen mensen in alle mogelijke hokjes en roepen “dit is wat de burgers en klanten écht willen”. Donica daarentegen voert kwalitatieve gesprekken. Met een zo divers mogelijke groep van maximaal twintig representatieve gebruikers en bewoners wordt voorafgaande aan het proces precies in kaart gebracht met welke intenties ze erin stappen. Een cruciale stap voor een co-creatie proces. Wil je namelijk daadwerkelijk tot uitvoer komen dan moet je de drijfveren kennen. Waar liggen potentiële samenwerkingen? Wie zit enkel aan tafel voor zijn eigen belang? Het co-creatie proces dat daarop volgt is ook écht co-creëren. Donica slaagt erin dat te doen waar veel ijdele ontwerpbureaus – hoe hard ze het ook van de daken schreeuwen- niet toe in staat zijn; eigen belang en visie op de achtergrond zetten.
Met veel bewondering ben ik getuige geweest van een ontwikkelproces dat zo goed als volledig bij de gebruikers is neergelegd. Eigen ideeën werden ingeruild voor een tactiek om ideeën op te halen. Voor structuur werd tijdens de eerste bijeenkomst (in diner vorm, hou het informeel!) met elkaar een visie geformuleerd; de kaders voor de programmastrategie. Donica zette de lijnen uit, de groep vulde ze in. Kortom wil je co-creëren zorg voor een breed gedragen visie, wek vertrouwen met persoonlijke voorgesprekken en blijf continu luisteren naar de stem van de groep. Neem het roer niet over, maar wees het kompas! En vooruit: de wind. Energie en vooruitgang zijn cruciaal.
Aanvullende kwaliteiten
Daarnaast moet niet uit het oog worden verloren dat het programma-toneel de stedelijke ruimte betreft. Hoe gaat een voormalig beleidsadviseur kunst en cultuur de connectie aan met de stedenbouwkundige kant van het verhaal? Wederom door haar ego aan te kant te schuiven en ook haar minder sterke kwaliteiten als kracht in te zetten. Stedenbouwkundig ontwerpers, -onderzoekers en architecten helpen State of Flux bij het bewaken van de identiteit van het gebied en adviseren wanneer nodig. Maar om eerlijk te zijn doen de diners in het gebied, met de mensen uit het gebied voor de (nieuwe) mensen in het gebied de rest. Zij zijn de kaart waar je op voort moet bouwen.
Dankjewel Donica dat jij ons allemaal laat thuisvoelen in een ruimte zonder muren.
Dit is het verslag van Sophie-Fleur Jongebloed over haar periode als assistent bij State of Flux van september t/m december 2015. Sophie-Fleur is haar master architectuurgeschiedenis aan de Universiteit van Amsterdam aan het afronden.
]]>29 mei 2015
Voor het boek dat ik aan het schrijven ben, ben ik me weer aan het verdiepen in een onderwerp waar ik me al jaren mee bezig houdt en waar ik me de laatste jaren nauwelijks over durf uit te spreken: diversiteit. Ik ben een fervent voorstander van het belang van diversiteit voor interessante steden en plekken. Is het niet vreemd dat wij, in steden waar 40% van de bewoners tot een etnische minderheid behoort, zo weinig werkelijk contact hebben met de “ander”. En dat terwijl juist dat “andere” die steden zo interessant maakt. Zoals Kenny Cupers en Markus Miessen het in ‘Spaces of Uncertainty’ verwoorden: “Is it not the confrontation with the unexpected which makes the city such an exciting place?”. Ja, volgens mij wel.
Dat onverwachte is wat ik vaak mis in Amsterdam. In Rotterdam was het logisch dat ik continu geconfronteerd werd met het andere. Ik werkte op de West-Kruiskade bij Nighttown: dé multiculturele straat van de stad waar Chinees, Antilliaans, Marokkaans, Javaans en autochtoon dwars door elkaar liep. Met opstootjes soms, dat klopt. Maar ook met een diversiteit aan culturen en invloeden die je wekenlang tot nieuwe ideeën kon brengen. Ik weet dan ook nog goed toen ik een keer op de pont in Amsterdam was en me afvroeg: “wat is er mis met dit plaatje”. Voor Amsterdamse begrippen niets, maar voor mij gaf de volledig blanke omgeving me een gevoel van misverstand. Hier klopt iets niet. En terecht, vind ik nog steeds.
Onze steden worden grotendeels vormgegeven door een blanke meerderheid. Dat kan je normaal vinden, aangezien onze samenleving blijkbaar nog steeds zo in elkaar zit dat een bepaald soort mens op bepaalde posities zit en dat die nu eenmaal overwegend blank zijn. Maar ik vraag me af of dat is wat we moeten willen. Niet eens zozeer vanuit een links gedachtegoed dat we allemaal gelijk zijn en dus allemaal gelijkwaardige invloed moeten hebben. Maar nog eerder vanuit een plek van optimalisering van je potentie. Optimalisering van je mogelijkheid als stad of plek om innovatief te zijn.
Simon Anholt, oprichter van de ambitieuze globale Good Country, vertelt het prachtig. Hij had nooit problemen om op creatieve ideeën te komen. Waarom? Bij hem werkten 45 werknemers uit 39 verschillende landen. Alles wat hij nodig had om tot goede ideeën te komen was koffie om mee te beginnen en na een half uur waren er “more ideas than you knew what to do with”. En alleen maar omdat ze verschillende culturen vermengden.
Zo simpel kan het zijn. En zo simpel zouden we ook naar onze publieke ruimten moeten kijken. Hoe kunnen we ervoor zorgen dat zoveel mogelijk verschillende mensen elkaar hier kunnen ‘ontmoeten’ en ideeën van elkaar kunnen opdoen? Het is volgens mij de motor voor continue innovatie en daarmee de motor voor onze steden om op wereldniveau te kunnen blijven meedingen.
Donica Buisman, oprichter van State of Flux, is bezig met een drieluik over het programmeren van publieke ruimten: een boek, een toolkit en de praktijk –het Buikslotermeerplein in Amsterdam-Noord. In ‘Notes to Self’ vertelt ze ongeveer 1x in de twee weken over haar ervaringen en de kennis die ze opdoet. Maximaal 1 A4, 1 uur werk en 600 woorden. Just getting it out there. Het doel: delen en leren.
Volg Donica via Twitter, Facebook of geef je op voor de nieuwsbrief van State of Flux.
]]>2015 was voor State of Flux een spannend jaar. Wij hebben drie projecten opgestart om het gebruik van publieke ruimten in onze steden te maximaliseren. Alle projecten brengen we in 2016 naar ‘the next level': met het Buikslotermeerplein gaan we van start met de uitvoer van de gezamenlijke programmastrategie, de vervolgaanvraag voor de doorontwikkeling van de toolkit ligt bij het Stimuleringsfonds en voor het boek hebben de eerste interviews plaatsgevonden.
Praktijkcase Buikslotermeerplein Amsterdam-Noord
State of Flux gaat -in co-creatie met belanghebbenden- het Buikslotermeerplein de komende jaren op een hoger plan te tillen. Ons middel: strategisch programmeren op het gebied van design, kunst & cultuur en groen vanuit co-creatie. De bestaande kracht en programmering van het gebied is het uitgangspunt. In samenwerking met een kerngroep van twintig partijen uit het gebied is nu de programmastrategie neergelegd. Vanaf het voorjaar kan je de eerste resultaten zien, dan gaan we van start met evenementen en het verbeteren van verblijfsplekken in het gebied. Al doende leren we steeds meer over het gezamenlijk programmeren van gebieden.
Internationale toolkit publieke ruimte
We gaan een spel ontwikkelen waarmee ook anderen in co-creatie hun publieke ruimte kunnen revitaliseren. Het doel is meer mensen in staat te stellen zelf aan de slag te gaan met hun omgeving. Het Stimuleringsfonds ondersteunde dit project met een startsubsidie vanuit de deelregeling architectuur. Hubbub -a playful design consultancy and studio for playful products- liep mee met het neerleggen van de programmastrategie voor het Buikslotermeerplein en legde -afgelopen december- het design concept voor ‘Fluxkit’ (werktitel) neer. “Fluxkit is a physical toolbox for engaged citizens to collaboratively create programmes for their public spaces.”. In maart hopen we een honorering te krijgen van het Stimuleringsfonds voor de doorontwikkeling van deze internationale toolkit. Dan begint de zoektocht naar testcases in binnen- en buitenland.
Boek programmeren publieke ruimte
Donica Buisman, oprichter van State of Flux, schrijft een boek over het programmeren van publieke ruimten. Over het belang van onze publieke ruimten voor de stad, hoe de nieuwe samenleving vraagt om nieuwe manieren van ontwerpen en de noodzaak van programmering voor een innovatieve en verbonden samenleving. Haar visie en ervaringen koppelt ze aan vakliteratuur en interviews met experts op het gebied van publieke ruimten en programmering. Begeleider: prof. dr. René Boomkens (UvA).
Rol State of Flux: concept en projectleiding
Opdrachtgever: State of Flux
[foto’s Buikslotermeerplein: Hans van der Vliet]
]]>
9 locaties, 5 opdrachtgevers, 5 initiatiefnemers, 17 jonge curatoren, 15 partners, 35 experts, 85 programma-onderdelen en 15.500 bezoekers.
Wij hebben veel geleerd. Wat kan de stad Utrecht leren?
1. Wat nodig is, zijn steden die mensen in staat stellen zich met hun omgeving te verbinden.
Burgers en ondernemers willen steeds meer zelf invloed kunnen uitoefenen op hun omgeving. Zij zijn op zoek naar plekken die hen daartoe in staat stellen: die ruimte bieden voor zelfbeschikking om zo ook anderen van dienst te kunnen zijn. Het was dé les uit DE STAD DE TOEKOMST. Utrecht moet hierin faciliteren én de regie houden.
Wat nodig is, is een actieve gemeente met een groot dynamisch netwerk in de verschillende buurten en wijken. Het is tenslotte allemaal mensenwerk. De basisnoodzaak ligt bij simplificering van regels en een overkoepelende (inhoudelijke) visie zodat het faciliteren niet tot een warboel leidt. Om de kracht van gebieden ten volle te benutten moet deze visie per gebied uitgewerkt worden. Het denken in verschillende kwartieren kan hier een basis voor leveren, mits deze visies niet teveel van bovenaf ingestoken worden.
2. De toekomst voor de stad ligt in het nu.
Al het nieuwe bouwt voort op het oude. Zo ook in onze steden. Maak gebruik van de kracht van de stad en van de kennis die nu, ook vanuit onafhankelijke partijen, voor de toekomst ontwikkeld wordt. DE STAD DE TOEKOMST liet de innovaties rond vijf ontmoetingsplekken in Utrecht zien. Hier zijn nieuwe stadsmakers niet alleen met ruimte zelf aan het pionieren maar ook innovatieve netwerken aan het organiseren. Denk aan de ontwikkelingen rond het Cartesiusgebied met de Vriendinnen van Cartesius en het Cartesiusmuseum en de collectieve planvorming rond MeerMerwede.
Een Research&Development-afdeling moet niet alleen de drijvende kracht voor bedrijven als Apple zijn, maar ook voor steden. Dit vraagt om onderzoek en innovatie als geïntegreerd onderdeel van je kenniscentra en ruimte voor, en ondersteuning van, pionierende ondernemers. Deze pioniers krijgen steeds vaker de erkenning van de stad. Dit is echter nog veelal de verdienste van een handvol ambtenaren en professionals. Het thema “Utrecht maken we samen” van het Coalitieakkoord 2014 vraagt niet alleen om een open en wendbare organisatie maar ook één die dicht bij haar burgers opereert.
3. Vijf thema’s plaveien de weg naar de toekomst: ‘zelforganisatie’, ‘kringloopstad’, techtoekomst’, ‘nieuwe economieën’ en ‘energierevolutie’.
Tijdens de research naar de ‘Bibliotheek van de Toekomst’ zagen we in alle geledingen van de samenleving deze vijf thema’s terugkeren. De stad Utrecht heeft, als kleinste van de vier grote steden, de slagkracht en de kennis om in één of meerdere van deze thema’s een voorhoedepositie te nemen.
Belangrijk is: keuzes maken. Je kan niet alles willen en ook niet alles ondersteunen. Dus welke richting ga je op? Welke van deze thema’s ligt het dichtst bij de kracht van Utrecht? De wijze waarop Eindhoven zich neerzet als Brainport is een prachtig voorbeeld van duidelijke branding met de juiste strategie om deze ook tot werkelijkheid te maken.
4. Technologie is leidend.
Technologie is leidend in het plaveien van de weg naar de toekomst. Digitale technieken stellen ons niet alleen in staat om nieuwe methodieken neer te leggen, zoals de 3D printer, maar ook om deze kennis te delen, mensen te verbinden en meer kennis te vergaren. Onze maaksamenleving, mogelijkheden voor zelforganisatie en smart cities hebben hun bestaan te danken aan nieuwe technologische ontwikkelingen.
Wederom is hierin de keuze in visie voor de stad belangrijk. Deze bepaalt de vorm(en) van technologie die je nodig hebt om de stad te worden die je wilt zijn. Het is leidend voor de technologische-ontwikkelingen waar je als stad een bijdrage aan kan leveren. Kijk uit dat je je niet volledig vastlegt. Een dynamische stad kan zich aanpassen aan de tijd.
5. Gebruik openbare ruimtes als ware ontmoetingsplekken voor de stad.
DE STAD DE TOEKOMST liet zien hoe Utrecht zijn openbare ruimtes kan inzetten als ware ontmoetingsplekken voor de stad. Kansen zijn er met name voor het Westplein, het Vredenburgplein en het Domplein. Het zijn plekken waar verschillende ideeën en mensen elkaar bijna als vanzelfsprekend kunnen ontmoeten.
Wanneer je succesvolle ontmoetingsplekken wilt creëren, moet je uitgaan van de kracht van het gebied waar deze in gelegen zijn. De gebruikers zijn hier cruciaal in. Het zijn de omwonenden, ondernemers, bezoekers en eigenaren die weten waar de kansen van het gebied liggen. In co-creatie kan je zo unieke ontmoetingsplekken creëren die de basis vormen voor een succesvolle stad. Van bovenaf bepalen wat er in een ruimte zou moeten gebeuren leidt al snel tot uniformiteit.
De stad zou moeten bestaan uit een netwerk van unieke publieke ontmoetingsplekken. Plekken waar verschillende mensen en ideeën elkaar kunnen ontmoeten. Het leidt tot levendige, verbonden en inspirerende steden. De basis van innovatie in je stad. Kijk bijvoorbeeld naar het succes van de ‘Markt van de Toekomst’. Het zijn de plekken waar mensen willen wonen en werken.
6. Vertraag de stad.
“Public life begins when we slow down” aldus Charles Montgomery in zijn boek ‘Happy City’. Goede infrastructuur voor fietsers en wandelaars is daarbij cruciaal. Niet alleen verbindingen die ons van A naar B brengen maar die waarde op zichzelf hebben. Zo kan de route tussen het Centraal Station en de Mariaplaats een ware stadsoase worden: een groene omgeving in een stenen stad. Het leid je van de meest centrale ontmoetingsplek van het land naar een eeuwenoud paradijs van kloostertuinen. Het is het begin van je reis naar het spirituele Domplein.
De stad wordt met dit soort routes naar een nieuw niveau getild. Het is de basis van die inspirerende en verbindende stadservaring.
De Culturele Zondag DE STAD DE TOEKOMST was op 24 en 25 mei 2014. Het programma vond plaats op negen openbare ontmoetingsplekken en is met zeventien jonge curatoren ontwikkeld. Het is gebaseerd op vier vraagstukken uit de stad en vijf gebieden in ontwikkeling. Hoofdthema: selfmade economy. Culturele Zondagen heeft samen met State of Flux -bureau voor het programmeren van publieke ontmoetingsplekken- vier adviezen voor de toekomst neergelegd om de bibliotheek, het Domplein, de route en de markt van de toekomst verder vorm te geven. Op www.stateofflux.nl/projects kan je deze adviezen rustig nalezen.
]]>OPDRACHT
Wat heeft de nieuwe stedelingen als belangrijkste wensen voor de bibliotheek van de toekomst? De opdrachtgever, Bibliotheek Utrecht, heeft behoefte aan een vernieuwingsslag en kijkt naar nieuwe locaties voor zijn hoofdvestiging.
WERKWIJZE
Een groep van twintig jonge stedelingen (18-23) ging in co-creatiesessies* met het vraagstuk aan de slag. Het resultaat was een prototype van de bibliotheek van de toekomst die werd gepresenteerd op de Culturele Zondag DE STAD DE TOEKOMST. In juni 2013 vond een verkennende sessie plaats over het vraagstuk van de bibliotheek en vier andere vraagstukken uit de stad. Dit werd opgevolgd door drie werksessies in december 2013. De vijf basis ingrediënten van de co-creatiesessies: een helder vraagstuk (doel), co-creatie (vorm), input van vijf experts (inhoud) waaronder Yuri van Geest (Singularity University) en Tom van de Wetering (SETUP), drie bijzondere sessielocaties (inspiratie) en een groep enthousiastelingen die vanuit hun intrinsieke motivatie aan de slag wilden met het onderwerp.
De jonge stedelingen hebben in januari 2014 hun slotdocument aangeleverd. Het definitieve programma werd samengesteld door State of Flux in opdracht van de Culturele Zondag DE STAD DE TOEKOMST. Dit programma was klaar in april 2014. Tussentijds vond regelmatig overleg plaats met de jonge stedelingen om de programmering verder scherp te stellen. Meerdere van hen zijn ook productioneel betrokken geweest bij de uitvoer van DE STAD DE TOEKOMST en de bibliotheek in het bijzonder.
*Voor meer informatie over co-creatie verwijzen we u naar het Co Creatie Canvas die State of Flux samen met SETUP heeft ontwikkeld. Deze is 1 december online.
CONCEPT
De bibliotheek moet dé plek zijn die haar bezoekers door ‘unknown territory’ leidt. Met de komst van digitalisering is namelijk niet alleen een overload aan kennis ontstaan maar ook een ‘rise of the expert’. In allerlei vakgebieden en niches staan experts op die hun kennis over een specifiek onderwerp (online) delen. Maar hoe halen we de echte experts en de juiste kennis naar boven? De bibliotheek is volgens de nieuwe stedeling bij uitstek de plek die deze gidsfunctie op zich zou moeten nemen met kennisdeling als belangrijk thema. Natuurlijk moet de bibliotheek daarvoor een centrale ontmoetingsplek in de stad zijn.
UITVOER
Tijdens DE STAD DE TOEKOMST vormde de Bibliotheek van de Toekomst op de Mariaplaats het kennishart van het festival. Het bijzondere Kitchen Monument – de bubbeltent van de Berlijnse urban designers Raumlabor – was dé ontmoetingsplek waar kennisdeling en curatorschap centraal stonden. Hier vertelden inspiratoren uit heel Nederland over hun stad van de toekomst en was er de mogelijkheid om te reflecteren en mee te praten. Het Utrechtse SETUP liet in een digitale installatie zien wat het kan betekenen als de bibliotheek curator van de stad is en – tegelijkertijd – de stad de curator van de bibliotheek. De internationale blog The Pop-Up City vroeg tijdens het festival, samen met een groep van de jonge stedelingen, de mening van bezoekers over het event en de stad van de toekomst. Op zondag verscheen het verslag van deze bloggers in een speciale editie van de festivalkrant. De online maakbibliotheek was aanwezig in de vorm van het mobiele Fablab Frysklab. De zaterdag werd gehost door urbanist, optimist en journalist Nathan de Groot en op zondag werden de bezoekers door programmaker en presentator Andrew Makkinga meegenomen in de fascinerende toekomst.
Sprekers waren onder andere Stef van Dongen van Enviu (Radicale Vernieuwer 2014 Vrij Nederland), Farid Tabarki (top 200 meest invloedrijke personen Volkskrant) en Yuri van Geest (Singularity University). Organisaties als DJ100, Economy Transformers, Aorta, Pakhuis de Zwijger, Utrechtse Ruimtemakers, DUS Architects en vele anderen lieten van zich horen. De afsluitende talkshow was in handen van Platform31 met Eva Brouwer (RTV Utrecht). Rond de prachtige tent was een fijne verblijfsplek onder de bomen gecreëerd met kunst, groen, mobiele tuinen en natuurlijk de informatiestand van Culturele Zondagen
EVALUATIE
De jonge curatoren hebben een thema te pakken dat niet alleen voor jongeren maar voor alle doelgroepen belangrijk is: de bibliotheek als onze gids. De bibliotheek moet deze functie de komende jaren blijven uitbouwen door een grotere connectie met curatoren, en hun kennis. Haar rol als ontmoetingsplek kan verder vorm krijgen wanneer de bibliotheek met deze functie inspeelt op de leefwereld van (delen) van haar bezoekers. Het koppelen van kennis aan eten en drinken vergroot vervolgens de verblijfskwaliteit. Voor de STAD DE TOEKOMST bleek de Kitchen Monument hiervoor een prachtige locatie. De bibliotheek als programmerende organisatie is (onderdeel van) de toekomst van de bibliotheek. Het blijkt belangrijk deze zo compact mogelijk neer te zetten. Met meerdere onderdelen die tegelijk bezocht kunnen worden en activiteiten waaraan bezoekers zelf actief een bijdrage kunnen leveren. Een innovatieve installatie moet daarbij op een centrale plek gepresenteerd worden. Boeken blijven van belang als ijkpunt voor bezoekers: op elk event horen zij een prominente plek te krijgen.
STAND VAN ZAKEN
De bibliotheek van Utrecht is volop in ontwikkeling. Het is druk op zoek naar een nieuwe locatie voor zijn hoofdvestiging waarbij onder andere het oude postkantoor op de Neude is onderzocht. De bibliotheek is zich zeer bewust van zijn nieuwe rol als programmeur en curator van de stad en neemt deze kennis mee in het ontwikkelen van zijn toekomstplannen.
[foto’s: Hanne Nijhuis Culturele Zondagen]
]]>OPDRACHT
Wat wordt het Domplein van de toekomst? De opdrachtgevers waren Initiatief Domplein en Portico, een Europese samenwerkingsverband voor erfgoed. Met de opening van DOM under in het vooruitzicht vroegen zij zich af: Hoe kunnen historische en archeologierijke plekken zoals het Domplein de schakel vormen tussen verleden en toekomst?
WERKWIJZE
Een groep van twintig jonge stedelingen (18-23) ging in co-creatiesessies* met het vraagstuk aan de slag. Het resultaat was een programma voor het ‘Domplein van de toekomst’ dat werd gepresenteerd op de Culturele Zondag DE STAD DE TOEKOMST. In juni 2013 vond een verkennende sessie plaats over vraagstukken uit de stad gevolgd door drie werksessies in december 2013. De vijf basis ingrediënten van de co-creatiesessies: een helder vraagstuk (doel), co-creatie (vorm), input van vijf experts (inhoud) waaronder Yuri van Geest (Singularity University) en Mariska van den Bergh (Bottom-Up City), drie bijzondere sessielocaties (inspiratie) en een groep enthousiastelingen die vanuit hun intrinsieke motivatie aan de slag wilden met het onderwerp.
De jonge stedelingen hebben in januari 2014 hun slotdocument aangeleverd. Het definitieve programma werd samengesteld door State of Flux in opdracht van de Culturele Zondag DE STAD DE TOEKOMST. Dit programma was klaar in april 2014. Tussentijds vond regelmatig overleg plaats met de jonge stedelingen om de programmering verder scherp te stellen. Velen waren ook productioneel betrokken bij de uitvoer van DE STAD DE TOEKOMST.
*Voor meer informatie over co-creatie verwijzen we u naar het Co Creatie Canvas die State of Flux samen met SETUP heeft ontwikkeld. Deze is uiterlijk 1 december online.
CONCEPT
De jonge curatoren wilden erfgoed beschouwen vanuit een inhoudelijke invalshoek. De focus ligt niet op het ter plekke beleven van het erfgoed, maar op het beleven en opnieuw interpreteren van het verhaal erachter. De manier waarop is afhankelijk van het thema dat bij dat specifieke erfgoed hoort. In dit geval kozen de jonge curatoren voor het thema spiritualiteit, in de breedste zin des woord.
Het Domplein wordt het centrum van Utrecht: hier komen het hart en het hoofd samen. Je bezoekt straks niet alleen het Domplein om 2000 jaar geschiedenis te beleven, maar om tot rust te komen van de stadse beslommeringen. Zo haken erfgoed (verleden) en heden naadloos in elkaar. Het Domplein wordt zijn erfgoed: een plek voor spiritualiteit en bezinning. Kortom een plek om op te laden.
UITVOER
De uitvoer vond plaats met professionele partners uit Utrecht en daarbuiten. Op het plein zelf was onder andere een stilteruimte. In deze ruimte van Koepelkas.nl konden mensen tot rust te komen in een groene, knusse, transparante omgeving voor twee personen. In samenwerking met Rikko Voorberg en de Domkerk vond het programma Domplein Biechtplein plaats. Bezoekers lieten hun biechten achter in twee biechthokken op het plein. In de Domkerk werd hierop gereflecteerd door vier vertegenwoordigers van vier verschillende religies. In samenwerking met Yogamoves waren gedurende de zondag zes soorten yoga te volgen en in het programma ‘Van Riek tot Vork’, van Youthfoodmovement, ervaarden de bezoekers slowfood. Bovenop DOM under lieten de kunstenaars van Protospace met ‘Mijn (toekomstige) Domplein’ mogelijke opgravingen van de toekomst in 3D zien. Zij nodigden bezoekers uit mee te denken over het toekomstige Domplein. Gaudemaus presenteerde in het UCK oude muziek in een nieuwe jas. Op zaterdagavond organiseerde Le Guess Who? in het kader van het thema ‘Nieuwe Spiritualiteit’ de meditatieve lachworkshop van de 70-jarige soundhealer Laraaji (New York).
EVALUATIE
Het ‘Domplein van de toekomst’ werd een mooi en kwalitatief programma dat meer dan 1.000 bezoekers trok. Het liet zien hoe het Domplein in de toekomst, vanuit zijn erfgoed, tot een belangrijk ontmoetingscentrum van de stad kan fungeren. Vooral de kruisbestuiving tussen bezoekers die ’s ochtend naar de kerkdienst in de Domkerk kwamen en het eventprogramma op het Domplein was mooi om te zien: oude en nieuwe vormen van spiritualiteit kwamen samen. Het programma ‘Mijn toekomstige plein’ was belangrijk voor de opdrachtgevers en trok veel mensen. Je kunt je wel afvragen of deze voldoende aansloot op de totale uitstraling die je wilt laten zien. Voor een volgend programma is het verder van belang meer horeca en muziek te programmeren voor een nog grotere verblijfskwaliteit.
De les voor het programmeren van pleinen als het Domplein: ga uit van de (inhoudelijk) kracht van het plein, houd je focus scherp op wat je wilt uitdragen, zet innovatieve programmering neer en zorg voor voldoende redenen om zo lang mogelijk op het plein te verblijven.
STAND VAN ZAKEN
Initiatief Domplein wil het thema ‘Nieuwe Spiritualiteit’ verder uitbouwen en als leidraad gebruiken voor toekomstige programmering.
[foto’s: Hanne Nijhuis Culturele Zondagen]
]]>OPDRACHT
Wat wordt de markt van de toekomst op het Vredenburgplein volgens haar toekomstige gebruikers? De opdrachtgevers, Project Organisatie Stationsgebied (POS) en de Gemeente Utrecht, waren op zoek naar input voor een nieuwe invulling van de markt in dit gebied.


WERKWIJZE
Een groep van twintig jonge stedelingen (18-23) ging in co-creatiesessies* met het vraagstuk aan de slag. In juni 2013 vond een verkennende sessie plaats over het vraagstuk van de markt en vier andere vraagstukken uit de stad, opgevolgd door drie werksessies in december 2013. De vijf basis ingrediënten van de co-creatiesessies: een helder vraagstuk (doel), co-creatie (vorm), input van vijf experts (inhoud) waaronder Yuri van Geest (Singularity University) en Joop de Boer (Pop-Up City), drie bijzondere sessielocaties (inspiratie) en een groep enthousiaste jonge mensen die vanuit hun intrinsieke motivatie aan de slag wilden met het onderwerp.
De jonge stedelingen leverden in januari 2014 hun slotdocument aan met hun ideale ‘Markt van de toekomst’. Op basis hiervan zette State of Flux, in opdracht van de Culturele Zondag DE STAD DE TOEKOMST, het definitieve programma in elkaar: het concept werd scherp gesteld, programma aangevuld en partijen uitgenodigd voor de uitvoer. Uiteraard vond tussentijds regelmatig overleg plaats met de jonge stedelingen om te zorgen dat de programmering aan bleef sluiten op hun visie. Velen van hen waren ook productioneel betrokken bij de uitvoer. De uiteindelijke ‘Markt van de toekomst’ werd op 25 mei 2014 gepresenteerd op DE STAD DE TOEKOMST.
*Voor meer informatie over co-creatie verwijzen we u naar het Co Creatie Canvas die State of Flux samen met SETUP heeft ontwikkeld. Deze is 1 december online te vinden o.a. via de website van State of Flux.
CONCEPT
De ‘Markt van de toekomst’ is transparant en authentiek. Het wordt weer een ontmoetingsplek waar mensen samenkomen. De markt maakt gebruik van nieuwe technologieën waarmee kennis van haar producten en ondernemers wordt overgedragen aan het publiek. Juist op het Vredenburgplein, het hart van de stad, moet – ook in de toekomst – een foodmarkt blijven. Want eten verbroedert. Dus hier doe je niet alleen je dagelijkse boodschappen, maar kom je ook om lekker te eten met je vrienden, buren en kennissen. De markt werkt daarbij met steeds wisselende ondernemers. Omringd door de meest heerlijke ambachtelijke producten word je met muziek, voorstellingen en de laatste trends verleid langer te blijven dan je van plan was.
UITVOER
De uitvoer vond plaats met professionele partners uit Utrecht en daarbuiten. De succesvolle NeighbourFood Market uit Amsterdam kreeg de opdracht een cultureel divers marktaanbod neer te zetten, samen te werken met Utrechtse ondernemers en minimaal tien stands te verzorgen waar het publiek zijn ‘dagelijkse boodschappen’ kon doen. Het programma van de ‘Markt van de toekomst’ bestond verder uit muziek en theatervoorstellingen met een hoog Parade-karakter. Trends als 3D foodprinten werden gedemonstreerd en een heuse Wikihouse neergezet als prototype van de marktkraam van de toekomst. Triomf Producties optimaliseerde de art direction van de markt. De jonge stedelingen maakten een zogenaamde mock up van de online markt: vijf ondernemers lieten in een animatie zien waar hun producten vandaan komen.
EVALUATIE
De ‘Markt van de toekomst’ liet de ware potentie van het Vredenburgplein zien als hart van de stad. Het was een ontmoetingsplek die allerlei soorten mensen aantrok. Food bleek de ultieme pullfactor en reden om langer te blijven. Muziek, theater en nieuwe trends maakten de festivalsfeer compleet. Het mooie weer hielp natuurlijk ook. De ‘Markt van de toekomst’ moet vaker terugkomen, zoveel werd duidelijk. Belangrijk is om in te blijven spelen op de laatste trends waaronder duurzame producten, circulair afvalbeheer en 3D printen. Zo blijft de markt vooraan lopen in de ontwikkelingen. Voor behoud van de juiste uitstraling moet er scherpe regie zijn op de keuze aan ondernemers, sfeer en randprogrammering. Het bleek pas relevant om online tools te bouwen wanneer er een structureel plan is voor het neerzetten van de nieuwe markt.
STAND VAN ZAKEN
Momenteel wordt vanuit verschillende kanten binnen de gemeente lobby gevoerd om een soortgelijk markt met regelmaat op het Vredenburgplein neer te zetten.
[foto’s: Hanne Nijhuis Culturele Zondagen]
]]>Geen andere plek die ik ken, draagt zo duidelijk uit wat creativiteit voor een gebied kan betekenen als de omgeving rond de Tolhuistuin. Na diverse soorten investeringen gedurende zo’n 10 jaar begint dit gebied datgene te worden wat oud-stadsdeelvoorzitter Rob Post voor ogen moet hebben gehad: een nieuw en inherent creatief Amsterdam. Een Amsterdam dat veel gaat betekenen voor de rest van de stad en voor de rest van Amsterdam-Noord.
De meest duidelijke kentering in het imago van het ‘achtergestelde’ Noord was de verrassende komst van het EYE Filmmuseum. Een prachtig modern gebouw ontworpen door het Weense architectenbureau Delugan Meissl. De verwachting van 500.000 bezoekers per jaar is in het eerste jaar ruim overtroffen met 800.000 bezoekers. De hernieuwde aantrekkingskracht van Amsterdam-Noord werd onderstreept en verder aangeslingerd.
De ware basis van deze aantrekkingskracht lag echter al veel eerder. Het EYE had grond nodig om op te kunnen bouwen en dit pad werd onder andere geplaveid door alle tijdelijke interventies van de Tolhuistuin en zijn creatieven er om heen. Door de TeC ambities van het A-Lab, de kunstenaars in de Van der Pekbuurt en alle andere succesvolle pioniers in Noord zoals de Noorderparkkamer, het NDSM terrein, het voormalige Storkterrein en de ondernemers hier omheen die hun dromen aan het verwezenlijken zijn. Het EYE kwam terecht in een warm bad waar het zijn wildste dromen kon waarmaken. Het geheel aan bijzondere programmering en plekjes werd opgepikt door de internationale pers waaronder de New York Times en de BBC.
Nu staan we aan het begin van weer een nieuwe en zeer spannende fase: de ontwikkelingen zetten zich in sneltreinvaart door. A’DAM komt eraan in de overhoekstoren met een 360 graden ronddraaiend observatiedeck, restaurants, nachtclub, kantoren en hotel. Das Arts is geland met onderdelen van de opleiding theater en dans van de Amsterdamse Hogeschool voor de Kunsten in het Grootlab. Links achter de Tolhuistuin komt een groot hotel en congrescentrum van 50.000 m2. Zoals Hans Gerson (oud directeur Projectbureau Noordwaarts) het verwoord: “Het grote geweld komt eraan”.
Is het erg dat grote commerciële partijen naar Noord komen? Nee integendeel. Eindelijk gaat gebeuren wat al jaren de bedoeling is en wat een enorme boost zal betekenen voor het stadsdeel. Het grote geweld kan uiteindelijk wel tot een meer commercieel en eenzijdig aanbod leiden. En dit vraagt om een belangrijke bewustwording. Amsterdam-Noord ademt en leeft op dit moment door de creatieve geesten die hier werken en wonen en de creatieven die dit als gevolg aantrekt. Zij zorgen dat oude en nieuwe bewoners betrokken blijven bij de ontwikkelingen in het stadsdeel en zij hebben ruimte nodig om nieuwe ideeën op te doen en connecties te kunnen leggen.
Is het erg als de creatieve pioniers verdwijnen? Dat hangt er natuurlijk vanaf aan wie je het vraagt maar ik zeg ja. Zij zijn de ziel van het nieuwe Amsterdam-Noord. Zij zorgen dat er leefbare plekken blijven die dicht op de bewoners en ondernemers van Noord zitten. Zij zijn de schakel tussen oud en nieuw, tussen commercieel en kleinschalig en zij zorgen dat Amsterdam-Noord zich zal blijven vernieuwen en dus nieuw publiek kan blijven trekken.
Ik vraag alle ondernemers, ambtenaren, woningbouwcorporaties en projectontwikkelaars: onderneem, vernieuw én koester de diversiteit van dit stadsdeel en de pioniers die de vernieuwing mogelijk maken. Zij verzekeren dat Amsterdam-Noord blijvend aantrekkelijk is.
Blog: Donica Buisman
]]>
Op allerlei fronten zijn grenzen van het ‘oude’ denken bereikt. Bestaande systemen op het gebied van onder andere zorg, energie, afval en ook gebiedsontwikkeling zijn aan het kantelen. Volgens Jan Rotmans zitten we niet in een tijdperk van verandering maar in een verandering van tijdperk. Na anderhalf jaar werk aan de Culturele Zondag DE STAD DE TOEKOMST – een tweedaagse festival over de toekomst van de stad in Utrecht- trek ook ik die conclusie.
Een blik werpen op de toekomst is niet makkelijk. De afgelopen twee jaar heb ik vele bewoners, jongeren, ondernemers en instellingen gesproken over wat volgens hen de thema’s van straks zijn. De toekomst wordt echter vooral bekeken vanuit wat nu beter kan met de middelen die voorhanden zijn. Twee zaken vielen wel op: men wil, kan en moet meer invloed hebben op het vormgeven van zijn eigen omgeving. En om dit te bereiken, zijn flexibele systemen nodig die beter kunnen inspelen op de dynamiek van onze tijd.
3d printer (foto: Donica Buisman)
De maakrevolutie
We zijn vervreemd zijn geraakt van onze omgeving en de producten die we kopen, leven in een statische maatschappij die niet kan voorzien in datgene waar we in essentie behoefte aan hebben en kunnen hier zelf onvoldoende invloed op uitoefenen. Dit is mijn beeld van onze huidige maatschappij vanuit gesprekken met onder andere bewoners en ondernemers. Wat we de afgelopen jaren zien gebeuren, is dan ook logisch: zelforganisatie, communities, sharing economy, circle economy, de energierevolutie en al die technologische ontwikkelingen die de maakrevolutie mogelijk maken. Het is een combinatie van invloed willen uitoefenen en betrokken willen zijn.
Vergroening en het mengen van functies, dat zijn volgens de jonge generatie de thema’s voor de toekomst. Zo bleek uit de kick-off sessie van ‘DE STAD DE TOEKOMST’ en de vele bijeenkomsten die daarop volgden. Wij vroegen een groep van zo’n twintig jonge mensen tussen de 16 en 23 jaar van verschillende opleidingsniveaus naar hun ideale stad van de toekomst. De ‘jonge curatoren’ zien duurzame, groene steden met stadslandbouw en doorontwikkelde kringloopsystemen. Het thema ‘Urban by Nature’ van het IABR dit jaar had voor hen niet beter kunnen worden gekozen. Bovendien willen ze meer plekken die rekening houden met de dynamiek van onze huidige maatschappij: een verregaande vermenging van wonen, werken en vrije tijd.
Projecteer dit op een bestaande plek en je krijgt de mooiste programmering. Zo was één van onze programmaopdrachten voor ‘DE STAD DE TOEKOMST’ de route van de toekomst tussen het Centraal Station Utrecht en de Mariaplaats. De jonge curatoren zagen al snel een route vol natuur, spel en kunst. De uitvoering tijdens het festival wordt een stadsoase met de nadruk op verblijfsplekken in de openbare ruimte met mobiele tuinen, zelfgemaakte stoelen, een blik op de toekomst van de Catharijnesingel met behulp van virtual reality en een volledig groene markering van de route met gras, mos en clean graffiti. Dit alles op één van de drukstecommuter-routes in de binnenstad van Utrecht. Na het artikel van Veroniek Bezemer gelezen te hebben op RUIMTEVOLK over ‘Hoe stedelingen steeds natuurlijker worden’ zie ik ineens ook beelden voor me van streetfishing in de toekomstige Catharijnesingel.
Gras op trap (foto greengraffiti.com)
Living in the mix
Een nieuwe mix van functies als wonen, werken en recreëren is de basis voor alle locaties van ‘DE STAD DE TOEKOMST’ die buiten het centrum liggen. Wij vroegen ontwikkelaars van onderop in Rotsoord, het Merwedegebied, Westplein enCartesiusgebied naar hun ideale stad van de toekomst. Zij kwamen met invalshoeken die moeilijk in een hokje te stoppen zijn, juist omdat ze gaan over een nieuwe mix tussen thema’s die vroeger uit elkaar getrokken werden.
Neem De Trip op Rotsoord, dat ontwikkeld wordt door de jonge projectontwikkelaar Jebber: het thema daar tijdens ‘DE STAD DE TOEKOMST’ is niet voor niets ‘Living in the Mix’. Zij zien een markt voor huizen die ingebed zijn in een creatieve omgeving waar wonen, werken en recreëren volledig door elkaar heen lopen. Of zie de plannen van Lombokcentraal voor het Westplein of die van Meer Merwede. Allemaal zoeken ze naar een nieuwe mix van functies met als basis natuurlijk een verregaande invloed van belanghebbenden op de vormgeving van die plek.
De Trip (foto: Jebber)
De zoektocht naar de toekomstige invulling van de stad blijkt hand in hand te gaan met technieken die ons steeds beter in staat stellen om onze wensen te verwezenlijken. 3D printen om als maker invloed uit te kunnen oefenen op de vormgeving van de stad, datasystemen die ons van alle informatie voorzien om in te schatten wat mensen werkelijk nodig hebben en online communities waarin we onze persoonlijke wensen kunnen delen en verbinden met die van anderen. Zo wordt de stad een plek die nauw aansluit op waar wij als mens werkelijk behoefte aan hebben.
De toekomst die ik heb ontdekt, is hoopvol en natuurlijk is het mogelijk dat niets hiervan werkelijkheid wordt. Maar dit is de wereld die ik om me heen zie en niet langer kan ontkennen. Duidelijk is wel dat onze generatie het pad zal moeten effenen voor de wensen van de generaties na ons. De tijd om ware verandering teweeg te brengen, is nu.
Blog: Donica Buisman en.a.v. de Culturele Zondag DE STAD DE TOEKOMST op 24 en 25 mei 2014
Deze blog is op 15 mei 2014 geplaatst op Ruimtevolk