Thuis zonder huis

_Buikslotermeerpleinmanifestatie2015small-16

Ik ben het kind van een aan Funda-verslaafde moeder. Verhuiswagen in- en uitpakken werd al snel mijn tweede natuur. Ik was overal en nergens thuis. Thuis was altijd tijdelijk en beperkte zich nimmer tot de ingekaderde ruimte dat we ‘huis’ noemden. Misschien voel ik me daarom vaak meer op mijn plek in publieke ruimtes. Zowel intern, belichaamd door o.a. een bibliotheek, stadshotel of foodhall, als extern in parken, pleinen, straten of zelfs een stadstrand. De laatste jaren – en zes Amsterdamse buurten verder- is mijn honger naar het vinden van “thuisplekken” in de stad alleen maar toegenomen. Ik wil het niet alleen vinden, ik wil er aan bijdragen, de onderliggende concepten proeven, met de makers samenwerken, de politieke obstakels in het ontwikkelproces begrijpen én vooral een thuis creëren voor andere stedelingen.

Programmastrategie

Hiervoor klopte ik aan bij Donica Buisman. Zij is een pionier in de coöperatieve gebiedsontwikkeling, 21ste eeuwse patrones van kunst en cultuur in de publieke ruimte, betrokken bewoner van Amsterdam Noord en niet onbelangrijk: moeder. Donica gaf me de kans om vier maanden lang mee te draaien met twee lopende projecten: het Buikslotermeerpleingebied omtoveren tot huiskamer van Noord én de cultureel-versnipperde wijk Overschie weer aan elkaar lijmen.

Hoe dan? Met een programmastrategie. Donica laat zien dat een geslaagde publieke ruimte niet ontworpen hoeft te worden door een autonoom visionair die vanaf zijn schetsblok een intelligente compositie maakt van steen en plant. De publieke ruimte kan evengoed door zijn gebruikers worden ontworpen. Verruil de stenen voor kunst, cultuur, bankjes, evenementen en flexibele groenvoorziening en we kunnen morgen al aan de slag.

Sociale en economische meerwaarde

Dit is niet geheel nieuw. Steeds meer stedelingen interveniëren in hun eigen buurt. Een fenomeen beter bekend onder namen als gebiedsontwikkeling van onderaf (bottom-up) en Tactical of Guerilla urbanism. Donica is met haar onderneming “State of Flux” een inspirerende speler in dit veld. Zij heeft een verfrissende en oprechte liefde voor de gebruikers van de publieke ruimte. Waarde-creatie hoeft niet altijd uitgedrukt te worden in economische (investerings)kansen voor het gebied, maar kan ook een meer sociale betekenis hebben. Donica heeft het lef om een idealist te zijn in de wereld van de door winst-gedreven gebiedsontwikkelaars. Ze wil ruimtes maken waar zoveel mogelijk mensen zich thuis kunnen voelen en ontmoetingen als vanzelf ontstaan. Niet omwille van een toename in de omzet van de omliggende winkels of ten behoeve van een stijging van de vastgoedwaarde. Nee, uit liefde voor de stedeling en de stad. En als kritiek op structurele plannen die niet van de grond komen en potentieel hoogwaardige verblijfsruimtes tot stilstand brengen. Donica gelooft dat publieke ruimtes ontworpen voor en door mensen, automatisch zorgen voor economische waardestijging. Ook in de tijdelijkheid.

Co-creatie

De publieke ruimte is een van de weinige plekken in de stad die een thuis biedt aan alle lagen van de bevolking. Dat moet je stimuleren – het liefst vanuit al die diverse gebruikers zelf. De standaard stedenbouwkundige GIS-kaarten en BSR-modellen plaatsen mensen in alle mogelijke hokjes en roepen “dit is wat de burgers en klanten écht willen”. Donica daarentegen voert kwalitatieve gesprekken. Met een zo divers mogelijke groep van maximaal twintig representatieve gebruikers en bewoners wordt voorafgaande aan het proces precies in kaart gebracht met welke intenties ze erin stappen. Een cruciale stap voor een co-creatie proces. Wil je namelijk daadwerkelijk tot uitvoer komen dan moet je de drijfveren kennen. Waar liggen potentiële samenwerkingen? Wie zit enkel aan tafel voor zijn eigen belang? Het co-creatie proces dat daarop volgt is ook écht co-creëren. Donica slaagt erin dat te doen waar veel ijdele ontwerpbureaus – hoe hard ze het ook van de daken schreeuwen- niet toe in staat zijn; eigen belang en visie op de achtergrond zetten.

Met veel bewondering ben ik getuige geweest van een ontwikkelproces dat zo goed als volledig bij de gebruikers is neergelegd. Eigen ideeën werden ingeruild voor een tactiek om ideeën op te halen. Voor structuur werd tijdens de eerste bijeenkomst (in diner vorm, hou het informeel!) met elkaar een visie geformuleerd; de kaders voor de programmastrategie. Donica zette de lijnen uit, de groep vulde ze in. Kortom wil je co-creëren zorg voor een breed gedragen visie, wek vertrouwen met persoonlijke voorgesprekken en blijf continu luisteren naar de stem van de groep. Neem het roer niet over, maar wees het kompas! En vooruit: de wind. Energie en vooruitgang zijn cruciaal.

Aanvullende kwaliteiten

Daarnaast moet niet uit het oog worden verloren dat het programma-toneel de stedelijke ruimte betreft. Hoe gaat een voormalig beleidsadviseur kunst en cultuur de connectie aan met de stedenbouwkundige kant van het verhaal? Wederom door haar ego aan te kant te schuiven en ook haar minder sterke kwaliteiten als kracht in te zetten. Stedenbouwkundig ontwerpers, -onderzoekers en architecten helpen State of Flux bij het bewaken van de identiteit van het gebied en adviseren wanneer nodig. Maar om eerlijk te zijn doen de diners in het gebied, met de mensen uit het gebied voor de (nieuwe) mensen in het gebied de rest. Zij zijn de kaart waar je op voort moet bouwen.

Dankjewel Donica dat jij ons allemaal laat thuisvoelen in een ruimte zonder muren.

Dit is het verslag van Sophie-Fleur Jongebloed over haar periode als assistent bij State of Flux van september t/m december 2015. Sophie-Fleur is haar master architectuurgeschiedenis aan de Universiteit van Amsterdam aan het afronden.

Comments are closed.